Sinds mei 2022 is het Nederlands Mijnmuseum op twee locaties in de stad te bezoeken, in het schachtgebouw waar het in november 2005 het daglicht zag en in het pand Kneepkens aan de Dr. Poelsstraat 23.
De familie Kneepkens liet in 1915 een winkel met bovenwoning bouwen aan de Akerstraat 22, naar een ontwerp van architect Jan Stuyt. De winkel van Kneepkens was gespecialiseerd in kleding en woninginrichting, bovendien had “magazijn De Zon” zoals het toen heette, een eigen stoffeerderij. Kort na de opening van de winkel was er al behoefte aan meer ruimte. De belendende panden werden na verloop van tijd aangekocht en in gebruik genomen.
Firma Kneepkens wilde doorgroeien en net als de concurrent Schunck wilden ook zij een modern en ruim warenhuis. Niet meer de ouderwetse winkel waarin men werd geholpen door iemand achter de toonbank, maar een ruime en lichte winkel, waarin de klant kon rondlopen tussen de handelswaar.
Zo kwam het dat architect Frits Peutz in 1939 de opdracht kreeg een winkelhuis te ontwerpen aan de verlengde Saroleastraat (nu Dr. Poelsstraat).
Kneepkens liftte mee op de stadsontwikkelingen omtrent de nieuwbouw van de HEMA. Beide panden zijn gelijktijdig en door dezelfde aannemer gebouwd.
Peutz ontwierp een gebouw met kelder en drie verdiepingen met glasgevel met daarop nog een vierde verdieping, net als bij warenhuis Schunck. Ook bestond de draagconstructie uit paddestoelvormige kolommen. Men noemde dit pand ook wel het “Kleine Glaspaleis”. De achterzijde van het pand was verbonden met de achterzijde van de winkel aan de Akerstraat, hierdoor ontstond één grote winkel met twee voorgevels, de afstand tussen de twee gevels was maar liefst 75 meter.
Op donderdag 11 april 1940 werd het nieuwe pand van firma Kneepkens feestelijk geopend en in gebruik genomen. De zaken gingen bijzonder goed maar als begin jaren zestig geruchten de ronde doen dat het slecht gaat met de kolenindustrie, en er bovendien een boulevard aangelegd gaat worden waar zich veel concurrentie zal gaan vestigen, wordt het warenhuis Kneepkens in 1961verkocht aan C&A* en wordt van de twee naast elkaar gelegen panden een pand gemaakt door muren weg te breken. Het pand aan de Akerstraat wordt verhuurd.
In 1966 verhuist C&A naar het spiksplinternieuwe Shoppingcenter ‘t Loon en neemt V&D het dubbelpand over en in 1971 gaat het ABP de kachel stoken in het pand Kneepkens.
Om in verband met de mijnsluiting werkgelegenheid te creëren wordt een onderdeel van het ministerie van Binnenlandse zaken in Heerlen geplaatst. Het Computer Centrum Limburg (CCL) wordt gevestigd in het dubbelpand. In 1986 verandert de naam van deze Rijksdienst in RCC en wappert er een ander vlag op het dak.
Begin jaren negentig maken, een softwarebedrijf, een lederwinkel, een reisbureau en een uitzendbureau gebruik van de panden. In het midden van de jaren negentig komt het pand leeg te staan en raakt het in verval, ondanks dat krijgt het in 1999 de status van Rijksmonument.
Als in 2006 op de plek naast het pand Kneepkens nieuwbouw** wordt gepleegd, wordt de buitenkant van “Kneepkens” ook in de basis opgeknapt (2007)
Van 2010 tot maart 2020 gebruikt de Heerlense kunstenaar Theo Lenartz het gebouw als atelier en expositieruimte, om vervolgens plaats te maken voor HET Nederlands Mijnmuseum dat na een grote renovatie in het pand Kneepkens in vier verdiepingen het verhaal vertelt van de Limburgse mijnen.
- Zwart: Ondergrondse mijnbouwactiviteiten.
- Goud: De bovengrondse rijkdom en welvaart die de mijnbouw bracht.
- Grauw: De negatieve kanten van de mijnbouw.
- Kleur: De noodzakelijke omschakeling na de mijnsluitingen.
Glück Auf!
* Eind 1949 verkoopt de gemeente de grond naast het pand kneepkens aan C&A die daar een nieuwe vestiging gaat bouwen.
** 41 appartementen met onderliggende commerciële ruimten en parkeergarage, de kelder van pand Kneepkens wordt bij het nieuwe pand gevoegd.
Add a Comment