Dat is een veelgehoorde opmerking als het gaat over de verschillende dialect soorten die er in Limburg gesproken worden. Als je door Zuid Limburg wandelt hoor je om de 5 kilometer wel een andere tongval en dat is niet overdreven. Maar in Heerlen is iets bijzonders aan de hand.
Nadat de Romeinen zich rond 400 na Chr. teruggetrokken en Frankische stammen Zuid Limburg gingen bevolken werd hier tot de negende eeuw Germaans / Romaans gesproken, een soort volkslatijn.
Onder invloed van de Ripuariërs die al sinds 457 in Keulen gevestigd waren. Begon de taal die men hier sprak steeds meer Rijnlandse kenmerken te vertonen (het klonk steeds Duitser).
Onder het gezag van de hertog van Brabant (14e eeuw) verandert er taalkundig niet veel. Ook toen na 1661 Heerlen onder het gezag van de Staten Generaal kwam veranderde de dagelijkse spraak niet. De inval van der Fransen in 1794 had vooral bestuurlijke consequenties.
In de negentiende eeuw was er veel aandacht voor het dialect. Gemeentesecretaris Jos Kaufmann schrijft in 1878 een “Hälisch – Hollandscher Dictionair” en in de “Limburger Courier” verschijnt af en toe een stuk in het dialect. Mathieu Kessels schrijft in 1883 een Heerlens dialect verhaal: “Der Kuehp van Hehle” en in 1884 verschijnt het boek “Dorpsspraak van Heerle” van Dominee Jacob Jongeneel, het boek bevat een woordenlijst, een klankleer en een vormleer van het Heerlens dialect.
Tot het einde van de negentiende eeuw werd er in Heerlen “plat gemoeld”. Maar toen de 5000 dialect sprekende Heerlenaren overspoeld werden door een leger anderstaligen is het snel gedaan met het “Heëlesj dialect”.
Voor het werken in de mijnen waren veel mensen nodig en die mensen kwamen overal vandaan, uit binnen en buitenland en ze spraken allemaal geen Limburgs/Heerlens dialect. De uit Holland afkomstige bestuurders, ingenieurs en ambtenaren van de mijnen spraken Nederlands (Hollands) en omdat de burgemeester, de pastoor en de onderwijzer ook voornaam wilden lijken zijn ook zij Nederlands gaan spreken. En zo werd het Nederlands de standaard taal voor de inwoners van Heerlen.
Met het sluiten van de mijnen is de bevolkingssamenstelling niet heel erg veranderd en hoewel er een kentering merkbaar is, spreekt deze generatie nog steeds Huillands.
Bron: Heëlesj Woadbook
Add a Comment