Bij het gehucht Kouvenrade (bij Hoensbroek) werd een kolonie gebouwd (architect Jan Stuyt) om mijnwerkersgezinnen van Staatsmijn Emma te huisvesten. In 1915 werd er door de orde van de Minderbroeders Conventuelen een klooster en een noodkerk (Heilig Hartkerk) gebouwd bij deze kolonie, die in de volksmond al snel de kloosterkolonie genoemd werd, in 1928 werd er ook nog een sacramentspark aangelegd.
Omdat vrijdenkersvereniging “De Dageraad” bij de mijn pamfletten had uitgedeeld waarin de heilige maagd Maria belasterd werd, kondigde Pater Fortunatus in januari 1929 aan dat er in het sacramentspark een lourdesgrot gebouw zou worden tot eerherstel van Maria.
Van grove natuursteen blokken bouwden de bewoners van de Kouvenrade een lourdesgrot naar het ontwerp van mijnbouwingenieur Schlösser. Korte tijd nadat de grot ingezegend was werd al de eerst gebedsverhoring gemeld. Toen dat bericht de ronde deed werd de Lourdesgrot een heus bedevaartsoord en kwamen er wekelijks honderden mensen van heinde en ver naar de grot om te bidden.
De namen Kloosterkolonie en Kouvenrade veranderden in Mariarade.
Bij het 25 jarig jubileum van de Lourdesgrot in juli 1954 werden zeven terracotta reliëfs geschonken die de blijdschappen van Maria uitbeelden. De reliëfs van kunstenaar Eugène Quanjel waren in 1955 klaar en werden op 30 mei van dat jaar ingezegend.
In 1960/62 werd er een nieuwe Heilig Hartkerk gebouwd (architect Harry Koene) waarna de oude kerk werd afgebroken. Voor de nieuwbouw werd een groot deel van het park opgeofferd want de belangstelling voor de grot was in die jaren al veel minder dan voorheen en stopte op een gegeven moment nagenoeg helemaal.
De nieuwe kerk staat anno 2020 al enkele jaren leeg en de Lourdesgrot wordt nog mondjesmaat bezocht door mensen uit de omgeving. Bij het feest van Maria Tenhemelopneming, op 15 augustus wordt er nog elk jaar bij de grot een mis opgedragen met aansluitend een kaarsenprocessie. Zo wordt dit stukje geschiedenis levend gehouden.
Add a Comment