Sommige mensen krijgen een standbeeld. De Heerlense zanger en schrijver van carnavalsliedjes, Wiel Knipa (1924 -2002) kreeg een lantaarnpaal met een kapotte lamp. Als je op de knop van de lantaarnpaal drukt weerklinkt “Mienne Oambusj”. In dit lied, uit 1954 wordt gezongen over de kapotte lamp dicht bij het hertenkamp. Dat hertenkamp lag toen 50 meter verder dan waar het nu ligt.
Een ander lied van hem, “Lange Jan” uit 1950 werd zo populair dat carnavalsvereniging de Winkbülle besloten om Wiel Knipa de functie van Opper Winkbuul (spreekstalmeester) toe te kennen. Het lied is nog steeds bekend bij vele Heerlenaren ondanks dat de Lange Jan (een betonnen schoorsteen van de Oranje Nassau 1 mijn) al lang geleden is afgebroken.
Knipa kreeg landelijke bekendheid toen hij gedurende 10 maanden (1962 – 1963) Willem Duys verving in het AVRO-programma Sterren en streken.
Na Knipa’s dood werden plannen gemaakt om een standbeeld voor hem op te richten. Toen bleek dat hij in de oorlog lid was geweest van de NSB, was een lantaarnpaal het hoogst haalbare. Op carnavalsmaandag wordt hij in Heerlen herdacht als de hele tent, uit volle borst een uur lang zijn liedjes zingt, tijdens het “Sjtundje Knipa”.
Add a Comment